Groene waterstof, groene chemie: landbouw als producten

De landbouwsector heeft een sleutelrol in een klimaatneutrale en circulaire toekomst. Want de vergroening van de chemie en de bouw begint met groene grondstoffen. Kan de landbouw die gaan leveren? Tijdens de deelsessie (deel I en deel II) ‘Groene grondstof, groene chemie; landbouw als producent’ kwamen de knelpunten en oplossingsrichtingen op tafel.

Kansen voor biogrondstoffen

Dorette Corbey, voorzitter van de stuurgroep Nationale Routekaart Biogrondstoffen trapt af. De stuurgroep heeft op verzoek van de Klimaatakkoord-tafels de grondstoffen- en reststromen in kaart gebracht die als grondstof kunnen dienen, niet alleen voor de voedselsector en de energiesector, maar ook voor de bouw en de chemie. Volgens de stuurgroep is het mogelijk is om in 2030 10 miljoen ton extra biogrondstoffen te maken, bovenop de 30 miljoen ton die op dit moment beschikbaar is voor voedsel, veevoer, materialen en energie. Dit is mogelijk door in te zetten op efficiëntere teeltmethodes, efficiënter gebruik van bestaande biogrondstofstromen en een betere benutting van reststromen. 


Hier liggen dus kansen voor de landbouw als producent en voor de chemie en bouw als gebruikers van groene grondstoffen. Dit wordt bevestigd door de experts Berien Elbertsen, onderzoeker verandering landgebruik van de Wageningen Universiteit, en Jaap van de Linde, consultant biobased economy bij Agrodome.

Hobbels voor chemiebedrijven

In de praktijk zijn er echter nog wel wat hobbels te nemen, blijkt uit de verhalen van Marcel Wubbolts, chief science & sustainability officer van Corbion, Bertram de Crom, corporate manager environmental affairs van Cosun en Tom van Aken, ceo van Avantium.

Zo maakt chemiebedrijf Corbion PLA-bioplastics op basis van melkzuur. Dat bioplastic is geschikt voor bijvoorbeeld koffiecups en drankflesjes. Chemiebedrijf Cosun Beet Company gebruikt elk onderdeel van de suikerbiet om voeding, diervoeding, eiwit, biobased huishoudsartikelen en stoffen voor cosmetica te maken. Maar beide chemiebedrijven worstelen met de eisen rond CO2-emissiereductie.

De berekeningen van de uitstoot gaan alleen over de energie die wordt verbruikt in het productieproces, en niet over de grondstoffen. De inzet van biogrondstoffen levert CO2-winst op en zelfs negatieve CO2-emissie verderop in de keten. Maar in de huidige systematiek scoort een fabriek die fossiele grondstoffen gebruikt en daardoor minder energie verbruikt in het productieproces, beter dan een fabriek die duurzame biogrondstoffen gebruikt en meer energie gebruikt. Dat is bepaald geen stimulans voor de transitie naar biogrondstoffen. Dat is een belemmering die op Europees niveau moet worden opgelost. 

Beschikbaarheid biobased-materialen

Bouwbedrijf Ballast Nedam loopt er tegengaan dat er veel onzekerheden zijn als het gaat om biobased bouwmaterialen. Die onzekerheden betreffen zowel de beschikbaarheid van materiaal als de kwaliteit. Bouwers moeten voldoen aan de eisen van ontwikkelaars en architecten. Als biogrondstoffen niet gecertificeerd zijn, mogen bouwers ze niet toepassen. 
 

Financieringsproblemen

Chemiebedrijf Avantium worstelt nog met een ander probleem. Het bedrijf heeft inmiddels grote stappen gezet in de ontwikkeling van bioplastics voor verpakkingen, en is nu dringend op zoek naar financieringsmogelijkheden om de productie op te kunnen schalen. Het blijkt echter ontzettend moeilijk om een baanbrekende innovatie naar de markt te brengen. Er zijn grote investeringen voor nodig, die pas op lange termijn gaan renderen. Daar moet volgens ceo Tom van Aken een oplossing voor komen. Hij haalt daarbij het Amerikaanse voorbeeld van durfkapitaal aan. Het is niet dat de Groenfondsen en andere geïnteresseerde partijen niet willen investeren, maar ze hebben zekerheid nodig. Die zekerheid kan alleen worden geboden als de overheid eisen gaat stellen en met normeringen komt op het gebied van verpakkingen. Zo’n normering geeft de zekerheid voor de toekomst die financiers nodig hebben om langjarige investeringen te kunnen doen.
 

Nieuwe businessmodellen voor de landbouw

De landbouwsector is zeer geïnteresseerd in mogelijkheden voor biogrondstoffen, zo blijkt uit de reacties uit de zaal. Boeren zien de noodzaak toenemen om duurzame landbouw te bedrijven en zoeken nieuwe businessmogelijkheden: nieuwe gewassen en nieuwe afzetmarkten. Maar ze willen wel beloond worden als zij hun bedrijfsvoering omgooien om gewassen te telen die CO2 vastleggen en als biogrondstof kunnen dienen. En ze willen vroegtijdig samen met sectoren om tafel om te bekijken waar en hoe nieuwe ketens kunnen worden gevormd.

Die samenwerking levert aan beide kanten winst op. Sectoren als chemie en bouw krijgen meer zekerheid over het aanbod van biogrondstoffen, boeren meer zekerheid over de vraag naar de biostoffen die zij leveren.

Conclusie

De discussies leverden concrete acties op waarmee de aanwezigen aan de slag gaan om de bio-economie van de grond te krijgen. Zo gaat VNCI verder met het opzetten van een register om koolstof die is opgeslagen in grondstoffen bij te houden en te belonen. Bedrijven gaan pleiten voor een normering voor het aandeel biogrondstoffen in producten. Avantium, Ballast-Nedam, Corbion en Cosun kondigden opschalingsplannen aan voor biobased chemie en duurzame bouw. Dit alles met oog voor het verdienvermogen van de landbouw, betere benutting van reststromen en met behoud van bodemkwaliteit en biodiversiteit.

Overzicht van de Dag van het Klimaatakkoord

Op 1 novemeber 2021 was het de Dag van het Klimaatakkoord. Ben je benieuwd naar de andere onderwerpen die tijdens deze dag aan bod kwamen, bekijk ze dan via het overzicht.