Financiële sector wil ook zelf ‘meer boter bij de vis’

Nederland loopt voorop in de financiële wereld. Maar het is nog lang niet genoeg, vindt ook de financiële  sector zelf. Dat is de conclusie uit het webinar ‘Het Grote Geld en het klimaat’.

Kijk het hele webinar terug op ons Youtube-kanaal.

De financiële sector pakt zijn rol in de overgang naar een klimaatneutraal Nederland. Tientallen nationale banken, pensioenfondsen en vermogensbeheerders, goed voor gezamenlijk 3000 miljard euro, tekenden in 2018 als eerste het Klimaatakkoord, deed beloftes en publiceerde recent het eerste rapport over de voortgang. 

Voortgangsrapport

Doen wat je zegt te willen. Put your money where your mouth is. Of, in ouderwets Hollands: boter bij de vis. Dat wil de financiële sector. En er gebeurt ook wel wat. Met een waarderende brief van minister Hoekstra werd het rapport over de voortgang van het ‘Klimaatcommitment’ vorige maand naar de Tweede Kamer gestuurd. Het overgrote deel van de 54 aangesloten banken en investeerders heeft, volgens afspraak, in kaart gebracht hoe duurzaam hun investeringen zijn. En de helft heeft ook al een actieplan. Voorzitter Femke de Vries is gepast trots op de resultaten, maar niet meer dan dat. Want zij wil verder: “Bij de ondertekening begon het pas. We moesten daarna in gesprek met de gebruikers achter die 3000 miljard euro investering. Ons rapport laat zien dat het met de motivatie wel goed zit. Maar de acties gaan in veel verschillende snelheden. Misschien moeten we meer harde dwang gaan toepassen.”

Op een vraag van gespreksleider Ed Nijpels antwoorde De Vries dat het voortgangsrapport inderdaad nog geen reactie uitlokte van de Tweede Kamer. Andersom gaat De Vries wel verder met een paar vragen aan de politiek. “Wat we nodig hebben van de politiek is transparantie. Wat zijn de transitiepaden? Wat zijn de gegevens die daarbij horen en die we kunnen gebruiken? En op welke wet- en regelgeving kunnen we rekenen, bijvoorbeeld voor gebruik van de ruimte in Nederland of in samenwerkingsverbanden tussen overheden en bedrijven? Er is best veel geld beschikbaar, maar het is wel een kernpunt voor de transitie waarin dat geld wordt geïnvesteerd.”
 

Fossielvrij

Vorige maand nog haalde ABP, het grootste pensioenfonds van Nederland, op grote schaal de pers met de mededeling dat het afscheid neemt van zijn investeringen (waarde ongeveer 15 miljard euro) in de productie van fossiele brandstoffen. Daarmee was ABP niet de eerste. Maar het zat al wel langer in de hoofden, zegt Diane Griffioen, hoofd beleggingen. “De recente IPCC-rapportage was de trigger. We willen scherpere criteria gaan aanleggen in welke bedrijfstakken we gaan beleggen. Winnen van fossiele brandstoffen hoort daar dus niet meer bij, en we willen ook met de bedrijven in gesprek die nog fossiele brandstoffen gebruiken.” Dit alles tot groot genoegen van Hiske Arts van ABP Fossielvrij, die aankondigde dat er een naamsverandering op komst is: “We laten ABP niet los, maar we bezinnen ons op een breder actieplan voor financiële instellingen. Want deze stap was wel onverwacht snel, maar komt toch mede onder de maatschappelijke druk.”

Kritiek

De acties van de financiële wereld leiden aan tafel tot optimisme bij de negen gesprekspartners, maar er is ook stevige kritiek. Bij voorbeeld op de voortgangsrapportage van KPMG, die te weinig tastbare vooruitgang laat zien. Rens van Tilburg van het Sustainable Finance Lab, een groep van hoogleraren: “KPMG had best wat kritischer mogen zijn. Ik zie dat bij sommigen 20% van de portefeuille voldoet aan duurzame regels, bij een enkeling 94%. Dus nog niet de helft voldoet aan de eigen beloftes.”

Ook zonder die rapportage gaat het voor organisaties als de Eerlijke Geldwijzer niet hard genoeg, zegt ook Kees Kodde, maar dat vinden ook de adviseurs en wetenschappers die de ontwikkelingen volgen. Bijvoorbeeld Willem van Schramade, adviseur en verbonden aan de Erasmus Universiteit: “De klant die voor financiering komt kan nog steeds fossiele energie gebruiken. Dat moet je verbieden! En waar blijven die echt nieuwe, duurzame financiële producten? Ik zie ze nog niet. De financiële wereld is in principe nog steeds behoorlijk behoudzuchtig, zet misschien nog te veel ‘vinkjes’ in de rapporten en denken dan dat ze duurzaam zijn. Maar de sector zou meer moeten experimenteren, meer tijd en geld daarin moeten investeren. De sector investeert zelf nog niet genoeg.”

Rens van Tilburg: “De omslag blijft mensenwerk, ook in de raad van bestuur van de financiële instellingen. Is daar iemand bij met kennis? Dan pas kan je met verstand van zaken een actieplan opstellen. En de sector kan wel aandringen op transparantie in de politiek, maar de vraag hier is vooral: hoe gaat de sector zelf aan de regels draaien?”
 

Uitsluiten

Een van de dilemma’s daarbij is: hoe streng wil de financiële sector daarbij zijn voor zijn klanten? Gaat het, zoals nu vaak het geval is, met zachte dwang, in gesprek, met ‘engagement’? Of gaat de financiële wereld ook meer bedrijven of branches uitsluiten van financiering, zoals ABP deed met winnen van fossiele brandstoffen? Er is een vrij algemene overeenstemming dat er meer ‘druk’ moet komen. Richard Kooloos, director Group Sustainability ABN Amro en voorzitter platform duurzaamheid van de Nederlandse Vereniging van Banken: “Net als de consumenten, hebben de banken af en toe een schop nodig. Kijk naar de financiering van woningen! Als wij een hypotheek geven voor een slecht geïsoleerd huis vertellen we wel altijd over het risico van waardevermindering. Maar slechts één op veertig of vijftig van die mensen gaat er ook echt meteen iets aan doen. Daar past misschien meer dwang, maar dat is politiek lastig te verkopen. Daarover zijn we wel nu in gesprek, met bijvoorbeeld Vereniging Eigen Huis en de Autoriteit Consumenten Markten. We denken aan zoiets als bij kantoren, waar gebouwen slechter dan energielabel C verboden worden.”

Gegevens

Om verdere stappen te kunnen zetten zit de financiële sector nu vooral verlegen om de juiste gegevens over bijvoorbeeld CO2-uitstoot, energiegebruik van bedrijven en woningen. Die zijn nodig om investeringen de duurzame kant op te sturen. 
In dat kader past ook de discussie binnen de EU over de ‘taxonomie’ van producten en projecten die vallen in de categorie ‘duurzaam’ en die daardoor in aanmerking komen voor een paar procent minder rente op de leningen. Kees Vendrik, hoofdeconoom van Triodos en Eerste Kamerlid voor Groen Links: “De taxonomie is het kroonjuweel van het Sustainable Finance Package, maar dreigt nu vervuild te worden door een belangenstrijd. Over kernenergie bijvoorbeeld, omdat de Fransen dat graag als duurzaam zien, of over aardgas. Dat debat gaat de economie niet helpen om van ‘bruin’ naar ‘groen’ te groeien.”

Terugkijken van het webinar kan op de playlist op het Klimaatakkoord Youtube-kanaal.