Gevecht om waterstof gaat over de versnelling

Iedereen is het erover eens: waterstof gaat een belangrijke rol spelen in de klimaatneutrale economie. Daarom staat het woord 180 keer in het Klimaatakkoord. Maar het is er nog niet. Kunnen alle wensen wel worden ingewilligd? Over hoeveel waterstof hebben we het, wat is de prijs, wie gaat het maken en wie gaat het gebruiken? Daarover ging het webinar ‘Gevecht om waterstof’ op 11 december, het laatste webinar van het Voortgangsoverleg Klimaatakkoord van dit jaar.

Beeld: Klimaatakkoord.nl

Je zal maar worden begeerd door iedereen! Waterstof, het lichtste scheikundige element, is ongekend populair als het gaat om verduurzaming van onze economie. Je kan er op rijden, mee verwarmen, plastics of kunstmest van maken, en alle varianten daarop. Het kan ook, met een paar relatief kleine aanpassingen, door het wijdvertakte netwerk van aardgasleidingen naar alle eindgebruikers. Kortom, waterstof kan hetzelfde als aardgas, als brandstof of als grondstof. Met als belangrijk voordeel: als je waterstof maakt met stroom uit zonne- of windenergie heb je ook geen last van broeikasgassen.

Een strijd?

De titel van het webinar suggereert dat er verschillende sectoren strijden om de gunst van groene waterstof. Voorzitter Ed Nijpels vroeg het aan vertegenwoordigers van drie Uitvoeringsoverleggen van het Klimaatakkoord, namelijk die voor mobiliteit, industrie en gebouwde omgeving. Uit de antwoorden blijkt dat die tafels onderling nauwelijks vechten om waterstof. Voorzitter Carolien Gehrels van de Industrietafel maakt vooral helder hoe hard zij namens de industrie knokt voor waterstof: “Wij denken dat de industrie de eerste gegadigde is. Maar die bedrijven, vaak met buitenlandse hoofdkantoren, maken wel zelf hun investeringsbeslissing. Voor ons is het belangrijk dat er in Nederland een goed wettelijk kader komt. Wij hopen ook dat onze adviezen uit ons TIKI-rapport worden overgenomen. Er moet een waterstof-backbone komen, en een voorziening voor voorfinanciering van investeringen in industriële waterstof.”

De uitvoeringsoverleggen voor mobiliteit en gebouwde omgeving staan voorlopig nog veel minder op de bres voor waterstof. Voorzitter Pieter Litjens van het Uitvoeringsoverleg Mobiliteit heeft zijn vizier veel meer op de toepassing van elektrische vervoer en de verdere groei van het aantal laadpalen in Nederland. Ook de Amsterdamse wethouder Marieke van Doorninck, die betrokken is bij de tafel Gebouwde Omgeving ziet bij de verduurzaming van wijken nog geen grote rol voor waterstof. “Onze prioriteit ligt nu vooral bij de vraag: blijft het allemaal betaalbaar. En waterstof is nog te duur. Ik zie best een rol voor waterstof in wijken. Bijvoorbeeld in de binnenstad leg je niet zomaar een warmtenet aan. Daar zien we eerder hybride oplossingen, die over twintig jaar misschien op waterstof kunnen draaien. Maar de nadruk op waterstof kan in de discussie ook leiden tot: we wachten wel op waterstof.”

Potentieel

Het webinar toont aan dat de strijd om waterstof wel oplaait, maar niet tussen sectoren. Wel om de ontwikkeling te versnellen. De industrie in Nederland gebruikt jaarlijks al zo’n miljard kilo waterstof, maar dan de grijze variant: gemaakt uit aardgas, dus mét broeikasgassen. De groene variant van waterstof is er nog nauwelijks. Andreas Ten Cate van het Instituut voor Duurzame Procestechnologie ziet wel een gunstige route voor snelle toepassing van groene waterstof in de industrie: “Dan vooral in waterstof als grondstof voor bijvoorbeeld kunstmest, in de raffinage. Er zijn industriële processen die al grijze waterstof gebruiken, zoals voor het maken van ammoniak. Dan is het: grijze waterstof eruit, groene waterstof erin.”

Hoogleraar Ad van Wijk van de Technische Universiteit Delft ziet nog een route: “Een eerste stap is: we maken de waterstof uit aardgas ‘blauw’, door de CO2 op te vangen en ondergronds op te slaan. Maar ondertussen moeten we ook veel grotere stappen zetten om met windturbines op zee groene waterstof te maken. Inderdaad, dan moet er ook veel meer offshore windenergie komen dan nu in de plannen staat. Dat kan en moet, de windenergiebedrijven vragen daar om!”

Van Wijk wijst erop dat het gunstig is om met de windenergie waterstof op zee te maken: “Pijpleidingen voor gas kunnen veel grotere hoeveelheden energie vervoeren dan stroomkabels. Technologisch is dat ook geen probleem.” Van Wijk strijdt voor nog meer groene waterstof: “Ook de maximale inzet van windturbines op het Nederlandse deel van de Noordzee is nog niet genoeg. We hebben ook de Engelsen en de Schotten nodig, en waterstof uit zonne-energie uit Noord-Afrika, uit Portugal. We zullen waterstof moeten importeren.”

Het potentieel voor groene waterstof is enorm, vindt ook voormalige ‘waterstofgezant’ Noé van Hulst zegt: “Het is niet de heilige graal, maar naast elektriciteit onmisbaar. Een duurzame economie kan je voor ongeveer de helft wel op duurzame stroom laten draaien, maar veel verder kom je niet. En vele landen in de wereld zien dat. Japan is al verder, Australië heeft zelfs een minister van Waterstof.”

Regeerakkoord

Van Hulst werd in 2018 door minister Wiebes van EZK voor twee jaar als waterstofgezant aangesteld. “Ik had twee missies: In de EU zo snel mogelijk een markt instellen, zodat de kosten voor waterstof omlaag gaan. En de Nederlandse positie verbeteren. Die is uitstekend, want we hebben wind op zee, een infrastructuur voor gasleidingen en CO2-opslag, en een industrie. Na mijn aanstelling was ik verrast hoeveel bedrijven mij bestormden, die zien dat dus ook. Maar het is nu nog vooral potentie. We moeten nu overgaan op de uitvoering, met instrumenten van de overheid.”

John Kerkhoven van adviesbureau Kalavasta voorziet een grote rol voor waterstof in de scenario’s die hij vorig jaar samen met Berenschot maakt over de toekomst van de energievoorziening in Nederland. “Eigen productie en import staan in alle varianten. De wetenschap is het wel eens over de rol van waterstoftechnologie. Maar nog niet iedereen is overtuigd dat de kosten beperkt kunnen zijn. Voor 2030 zullen ongetwijfeld andere oplossingen inderdaad nog goedkoper zijn. Maar ik verwacht dat ergens tussen 2030 en 2040 de omslag plaatsvindt: dan is groene waterstof de goedkoopste oplossing. Dus we moeten vooral hard aan de gang met implementeren van een markt.”

De waterstofspecialisten kijken nu nog jaloers naar het omringende buitenland. Duitsland reserveerde negen miljard Euro voor waterstof, Frankrijk 7 miljard. Dat de EU grote plannen heeft met waterstof moet ook Nederland helpen, net als de verhoging van de klimaatdoelstellingen voor 2030 naar 55% minder uitstoot. Zij rekenen er op dat het regeerakkoord van het nieuwe kabinet volgend jaar geld reserveert. Van Hulst: “Maak het rekensommetje en je komt dan uit op € 2 tot 2,5 miljard voor Nederland.” Van Kerkhoven vult aan: “En dan graag ook een gezamenlijk beeld over hoe we gaan groeien. Laten we ons dan niet afleiden door zijpaden zoals kernenergie, want dat wordt ook voor de productie van waterstof duurder dan met zon en wind. Neem een voorbeeld aan hoe we tien jaar geleden tegen elektrische auto’s aankeken!”

Ladder

Het gevecht om de groeiende rol van waterstof is dus in volle gang. In de tussentijd vindt Natuur en Milieu dat we de schaarse waterstof die wel al aanwezig is goed moeten gebruiken. Daartoe stelde de milieuorganisatie een ‘waterstofladder’ op. Rob van Tilburg: “Wij gaan voor hoogwaardig gebruik van waterstof. Waar is waterstof het meest dienstbaar? Zijn er bijvoorbeeld betere alternatieven? Is gebruik wel energie-efficiënt? Of zijn de maatschappelijke kosten wel te dragen? Bijvoorbeeld in de gebouwde omgeving of mobiliteit: zijn warmtenetten, laadpalen, all-electric niet betere oplossingen?”

Jörg Gigler, directeur van het Topconsortium voor Kennis en Innovatie Nieuw Gas is niet zo gelukkig met de Waterstofladder en verwijst daarbij naar studies van PBL, over toepassing van waterstof in gebouwde omgeving. Ad van Wijk is nog minder te spreken over de ladder: “De markt zal het zelf wel uitmaken, die houdt zich niet aan die ladder. Je bent met alternatieven in de gebouwde omgeving zoals warmtenetten of warmtepompen ook niet meteen veel goedkoper uit dan met waterstof door de gasleiding. We moeten op alle fronten zo snel mogelijk gasnetten geschikt maken voor waterstof. Niet alleen de backbone, ook de leidingen.”

Terugkijken

De opnames zijn beschikbaar op ons YouTube-kanaal, als aparte playlist.

Voor wie meer wil weten over waterstof en het Klimaatakkoord: kijk terug of lees over de talkshow over waterstof op de Klimaatdag van 12 okotober 2020.