Fit for 55: de tijd voor de kaasschaaf is voorbij

“De tijd voor de kaasschaaf is voorbij.” “Het gaat pijn doen.” “Het systeem moet op zijn kop.” Zomaar drie verontrustende citaten uit het webinar ’EU legt de lat hoger’. Het gesprek gaat over de hogere klimaatdoelen die de EU stelt aan de Nederlandse mobiliteit, gebouwde omgeving en landbouw. Dat gaat kosten. Maar tegelijk klinkt optimisme.

Beeld: Klimaatakkoord.nl
Still uit het webinar, met aan tafel vlnr Michiel Hekkenberg, Ed Nijpels en Niels Kastelein. Frans Rooijers, Sanne de Boer en Peter de Jong kijken toe.

Terwijl we nog ons uiterste best deden om in 2030 49% minder broeikasgas uit te stoten, zette de EU vorig jaar alvast een tandje bij. Om de 2°C- doelstelling van het Klimaatakkoord van Parijs te kunnen halen wil de EU een doel van 55% emissiereductie in 2030. En dus kwam de Europese Commissie in juli met de invulling: het klimaatpakket ‘Fit for 55’.

Michiel Hekkenberg van PBL laat zien wat dat pakket betekent. Ten eerste: een strenger emissiehandelssysteem voor de elektriciteitsproducenten en grote industrie. Dat is vooral een Europese aangelegenheid. Maar er komen ook hogere eisen aan de overige sectoren: mobiliteit, landbouw, gebouwde omgeving en overige industrie. En daarover gaan vooral de lidstaten. Dus moet Nederland nieuw beleid maken voor deze sectoren, die verantwoordelijk is voor 55% van alle uitstoot. Want Europa legt op dat deze sectoren in 2030 niet 36%, maar 48% minder moeten uitstoten dan in 2005.
Hekkenberg is helder: “Dat is een forse extra opgave, bovenop wat we in het Klimaatakkoord al hebben afgesproken. Het nieuwe doel betekent extra 15 miljoen ton CO2 minder. Dat is net zoveel als de uitstoot van ons wagenpark, of van de hele veestapel in Nederland. De jaarlijkse energiebesparing moet fors sneller. Het groeitempo voor duurzame warmte en koeling moet ruim verdubbelen. Hoe dat uitpakt per sector weten we nog niet in details, maar het gaat bijten. En tegelijk willen de EU energie-armoede bestrijden.”
 

Ingrijpend

Ingrijpende maatregelen liggen klaar, zoals een herziening van de energiebelasting. Bijvoorbeeld: kleinverbruikers van gas en elektriciteit betalen in Nederland nu nog fors meer per eenheid energie dan grootverbruikers, maar dat mag niet meer van de EU. Daarnaast: net als de zware industrie gaan ook de gebruikers van woningen, gebouwen en vervoermiddelen betalen voor hun uitstoot van broeikasgassen.
Het is aan Nederland zelf om dit alles in te vullen, soms verplicht, soms met behoorlijke keuzevrijheid. En eigenlijk heeft Nederland zelf dit gewild, zegt directeur Klimaat Niels Kastelein van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat. “Wij hebben hiervoor in Europa gelobbyd. We hebben met het rapport-Van Geest al flink wat mogelijkheden in kaart gebracht, maar de onderhandelingen daarover moeten nog wel starten. Hoe verdelen we die 15 miljoen ton over die sectoren?”

Op Prinsjesdag stelde het demissionaire kabinet al 6,8 miljard euro beschikbaar, vooral voor subsidies. Maar dat is nog eenvoudig, werpt gespreksleider Ed Nijpels voor de voeten van Kastelein. Hij antwoordt: “Dat voelt inderdaad gemakkelijker. We zullen ook normen moeten stellen, en prijzen op CO2 moeten heffen. Het EU-pakket is op sommige fronten wel strenger, maar stelt ons ook voor fundamentele keuzes. Op het ministerie hebben we daarvoor stapels plannen klaarliggen, voor als de vraag komt uit de formatie. Ik hoop daarop. Vooruitschuiven kan best nog wel een beetje, maar dit komt toch. Ik hoop dus dat dit zo vroeg mogelijk, in het regeerakkoord, aan de orde komt.”

Natuurlijk staat een nieuw kabinet voor lastige keuzes, in bijvoorbeeld belastingen, of beprijzing. “Maar daar zie ik ons wel uitkomen,” zegt Michiel Hekkenberg. “Die maatregelen bij mensen thuis, bij bedrijven, bij boeren: dáár zit de moeilijkheid.” Kastelein: “In besparing zijn we in het verleden niet zo goed gebleken. Volumemaatregelen zoals met de veestapel zullen ook langskomen.”
 

Invullen

In het vervolg van het webinar wordt duidelijk dat de invulling van de strengere doelen in alle sectoren vraagt om andere soorten beleidsmaatregelen. Gemene deler is wel: zorgen dat de prijs van fossiele energie hoog blijft. “We maken ons nu druk over de hoge gasprijzen, maar ik zeg: wen d’r maar aan,” zegt Frans Rooijers, directeur van CE Delft en lid van het Klimaatcrisis Beleid Team—het klimaatequivalent van het OMT voor coronabeleid. Dat KBT bracht onlangs drie adviezen uit over mobiliteit, gebouwde omgeving en landbouw. “Subsidiebeleid is niet voldoende. Als je CO2 een hoge prijs geeft, zal je mensen die het minder goed kunnen betalen moeten helpen. Maar die prikkel hebben we echt nodig.”

“Hoge prijzen en toch iedereen laten meedoen: het is een duivels dilemma,” zegt Peter de Jong van Natuur en Milieu, die in een manifest van de milieubeweging stevige kritiek heeft op Fit for 55. “Het is me allemaal nog wel te weinig, we willen onder 1,5 °C temperatuurstijging blijven. We moeten gaan rekeningrijden, isoleren, andere maatregelen, snel en over de gehele linie. Duurdere brandstof en goedkopere alternatieven zijn een goed idee, gratis isolatie of klimaatvouchers voor de lage inkomens wellicht ook. Dat kost pakweg 80 miljard in de komende twintig jaar. En hogere energieprijzen moeten we ondervangen met een Social Climate Fund zoals de EU ook heeft ontworpen.”

Optimisme

De EU verwacht grote extra inspanningen van het aanstaande (?) kabinet, en van de rest van Nederland. Frans Rooijers durft op de vraag van Ed Nijpels geen maatregelen aan te wijzen die ‘het gemakkelijkst’ zouden zijn. “Het is in alle sectoren hartstikke moeilijk, het praten voorbij.”
Volgens Sanne de Boer, onderzoeker van de energietransitie bij Rabobank Research, zal het helpen als iedereen snel meer duidelijkheid krijgt over hoe de doelen gaan worden geïmplementeerd: “We hebben het hier over een totale herziening van systemen. Burgers, bedrijven, boeren hebben daarbij behoefte aan duidelijkheid. Want zij moeten kunnen investeren. Bewoners moeten een hypotheek kunnen ophogen als ze panelen willen kopen of willen isoleren. Regeltjes in het huidige systeem verhinderen dat nu.”

De Boer ontleent daar tegelijk optimisme aan. “Technisch kan het allemaal. We kunnen dit halen. Prijsprikkels zijn nodig. Als de overheid maar voor twee dingen zorgt: dat ze kunnen overstappen en dat het systeem, zoals de elektriciteitsnetwerken, het aankan. Peter de Jong vat haar bij: “Als we maar afscheid kunnen nemen van de verouderde fossiele systemen. Frans Rooijers verbindt aan zijn optimisme zelfs geen voorwaarde: “Ik ken vele bedrijfsplannen. Die willen verduurzamen, met hernieuwbare energie en besparing. Dat zorgt ervoor dat ook politieke partijen als VVD en CDA die kant op bewegen.”